In plaats van suiker kun je kiezen voor andere zoetstoffen: honing, stroop, kandij, stevia, en een serie kunstmatige zoetstoffen. Ze hebben allemaal hun voor- en nadelen.
Honing
Honing is heel zoet, en eigenlijk best een ingewikkeld goedje. Het is een gezamenijk product van bloemen (nectar) en bijen. Er zitten allerlei andere stofjes doorheen gemengd, die als een soort micro-medicijnen heel heilzaam kunnen werken.
Deze hobbysite vertelt van alles over bijen en honing.
Honing bevat circa 320 kcal per 100 gram.
Stroop
Tafelstroop is meestal een product uit suikerbieten. Eigenlijk niks anders dan ingedikt bietensap. Ook appelstroop is meestal ingedikt bietensap, maar dan met toegevoegd appelsap. Stroop gaat prima over pannenkoeken, door pap of in warme dranken. Het bevat pakweg 270 kcal per 100 gram.
Kandij
Kandij is eigenlijk gewoon suiker, maar dan in grotere, harde klonten. Die ontstaan bijna vanzelf als je in heet water extreem veel suiker oplost en dat twee of drie weken laat staan. Zo kun je dus ook zelf kandij maken.
Stevia
Stevia (of stevioside) is een zoetstof gewonnen uit de Stevia-plant. Het is veel zoeter dan suiker, dus om 'een schepje' te kunnen nemen, is het meestal vermengd met een neutrale stof. Groot voordeel: stevia is calorieloos, en dus niet dikmakend. Het is pas sinds voorjaar 2012 in Europa toegestaan. Uitgebreide info in dit medisch dossier.
Kunstmatige zoetjes
Diverse kunstmatige zoetjes zijn calorieloos. Een klein pilletje in koffie of thee, of enkele druppels op een zelfgemaakte taart volstaat. De zoetstof in die pilletjes is vaak aspartaam, en dat bestaat merkwaardig genoeg uit enkele eiwitten.
Dit soort zoetjes lijkt heel handig, en dat zijn ze ook. Maar als er de stof fenylalanine in zit, moeten mensen met de erfelijke stofwisselingsziekte PKU het mijden.
Er zijn veel meer zoetstoffen. Meer hierover bij het Voedingscentrum, de NVWA of de Kankerbestrijding (klik op 'Zoetstoffen').