Ieder mens kan er zelf voor kiezen om gezond te eten. Maar de samenleving kan er ook voor zorgen dat het aanbod van voedsel zodanig wordt dat iederéén gezond eet. Voor deze laatste benadering pleit professor Jacob Seidell vandaag tijdens zijn publiekslezing voor de Nederlandse Academie van Voedingswetenschappen.
Individueel gezond (met pillen)
Seidell gaat in op een nieuwe trend in de voedingswetenschap: personalized nutrition. Daarbij leert een mens zichzelf (zijn lichaam) goed kennen, eventueel tot op genetisch niveau, en kiest daarna de voeding die het beste bij hem past. Hij vergelijkt deze aanpak met de biologisch psychiatrie van een halve eeuw geleden, waarbij mensen met pillen en drankjes gezond bleven. Met als gevolg dat nu een miljoen mensen antidepressiva slikken.
Collectief gezond (door hygiëne)
Hiertegenover zet Seidell een meer structurele aanpak, en grijpt daarbij nog eens een eeuw vroeger terug in de tijd. Halverwege de 19e eeuw werden infectieziektes bestreden. Heel goed natuurlijk. Totdat men bedacht dat het nog beter zou zijn om te zorgen voor openbare hygiëne, zoals riolering, stromend water en betere woningen – daarmee zijn ziektes te voorkómen.
Sociale experimenten
Seidell zegt meer te verwachten van sociale experimenten dan van laboratoriumexperimenten. Hij richt zich al enige jaren sterk tegen obesitas. Niet door medicijnen te bepleiten, maar te ijveren voor een gezonde levensstijl (bewegen!) die makkelijk in de eigen buurt is vol te houden, en een structureel gezonder aanbod van voedingsmiddelen. Seidell is universiteitshoogleraar aan de VU in Amsterdam.